| Benaming | Stokroos |
| Familie | Malvaceae |
| Omschrijving | Bloemen: grootte (diameter): van 5 tot 8cm; kleuren: wit, geel, rood, roze, purper, abrikoos, lavendel, enz,
Plantafstand: 35-80 cm.
Gebruik: bordergroei, snijbloem, tussenplanting, solitaire groep, tegen gevels, groentetuindecoratie. |
| Onderhoud | Zelf zaaien voorkomen door uitgebloeide bloemen weg te nemen. Niet te warm en veel vocht en een aftreksel van heermoes kunnen bescherming zijn tegen de roestziekte. Bestrijden kan met elk roestmiddel (vele merken, in elk tuincentrum) en toch best aangetaste planten verwijderen en steeds standplaats wisselen. Steunen is nodig. Om extra steun te verlenen worden de plantjes dieper geplant dan bij opkweek, ze ontwikkelen vlug bijkomende steunwortels |
| Groeien | Koudkiemer (14d). Goede ontwikkeling bij voldoende ruimte, lucht en voedsel. Groei bevorderen door water te geven bij droogte. Kan gestekt worden: jonge scheutjes die aan de wortelhals verschijnen in herfst of voorjaar stekken en na inworteling ter plaatse planten. |
| Tips | Zeer geschikt in de zee-streek (vochtige lucht). |
| Opmerkingen | Alcea, de correcte naam voor de vroegere Althaea, is een vaste plant die meestal als tweejarige geteeld wordt; ook eenjarig te zaaien in februari - maart en na afharding in mei planten. De A. rosea var. Nigra, met donkerrode bloemen, kan gebruikt worden om wol te kleuren. Uit zaad van zelfgewonnen planten komt niet steeds dezelfde bloemkleur terug. Nieuw zaad (op kleurvariëteit) en stekken garanderen exact dezelfde kleur. Zaad van een roodbloeiende plant kan bij zelf zaaiing misschien een witte geven. Er zijn enkelbloemige en dubbelbloemige stokrozen. |
| Toepassingen | |
| Foto's | |